Voor dit vijfde album volgt de in Vancouver wonende John Pippus een nieuwe weg. Hij heeft zijn reputatie van vernieuwende bluesmusicus los gelaten en heeft het pad gekozen van folk en roots. Op elke track wordt hij ondersteund door zijn vrouw, Pam Searle. Goed is te horen dat zij al heel lang samen zingen: de close-harmony is perfect en hun stemmen smelten op een wonderlijke manier samen. Zijn zoon, Jacob Pippus, een veelgevraagd drummer in de Vancouver muziekscene, doet mee, evenals het ex-bandlid Peg Wilson die de basgitaar en achtergrondzang voor zijn rekening neemt. Verder horen we nog Eric McFadden op mandoline; Kristina Jessen op viool; Claude Champagne op akkoordion; Beaver Thomas, Marq Desouza en Kim Mendez op lead gitaar; Harlan Beddoes op piano en tenslotte de multi-instrumentalist Brice Tabish op bas, mandoline, banjo, orgel, gitaar en achtergrondzang. En alsof deze man al niet genoeg te doen had nam hij ook de co-produktie, mixing en mastering voor zijn rekening. Ook dochter Anna Pippus was van de partij en nam de foto’s. Met recht dus een ‘friends & family’ album.
Elf nummers folk & roots die staan als een huis en klinken alsof ze in je huiskamer aan het spelen zijn. Mooi helder geproduceerd en duidelijk met liefde gemaakt. Tien nummers zijn geschreven door John Pippus zelf, terwijl het gecoverde slotnummer het bekende Will The Circle Be Unbroken is. Enige ervaring met luisteren naar pure folk zoals deze is, naar mijn mening, wel aan te raden. Dit is basic, folk as folk can be! Een breed publiek zal dit waarschijnlijk niet aanspreken of kunnen waarderen, maar als je houdt van authentieke folk zoals dat nog steeds wordt gespeeld in Canada en in het noorden van de Verenigde Staten van Amerika, dan is dit album een mooie en terechte aankoop. (Independent,